Gewoon, een nette mevrouw. Beetje lang misschien, je zag haar niet makkelijk over het hoofd. Je zou bijna zeggen “niets bijzonders” maar daar zou je haar tekort mee doen.
Haar kleding zag er verzorgd uit, een rok net boven de knie, laarzen met een hak.
Niet te veel make up ook, al zag je wel dat de dag bijna voorbij was en het eigenlijk bijgewerkt moest worden. Net als haar haar trouwens.
Ik doe mijn ogen dicht en probeer me voor te stellen hoe het zou zijn om net zoals zij gewoon als nette mevrouw door het leven te gaan, me geen zorgen hoefde te maken of anderen misschien niet iets van me zouden vinden. Gewoon. Je leven leven alsof je dat al jaren zo doet.
Ik zucht, en probeer moed te verzamelen om mijn ogen weer open te doen en verder te gaan waar ik gebleven was, naar bed gaan. Na nog een zucht kijk ik op. Ze staat daar nog steeds, en sterker nog, ze kijkt me vriendelijk aan! Ik glimlach terug, en ook haar lach wordt breder.
Zo langzamerhand begin ik er van overtuigd te raken dat je inderdaad de transseksualiteit op een gegeven moment ontgroeit.
Oh, en ik ben erg blij met die grote spiegel op mijn slaapkamer.