Afgelopen zaterdag waren Eva en ik bij wijze van uitzondering een keer niet bij het D66 congres. Het incident bij de afsluitende speech van Sigrid Kaag hebben we dus niet meegemaakt. Bij dit incident onderbrak een anti-trans activist (en dus niet een ‘vrouwenrechtenactivist’) de speech met de boodschap dat wij er niet mogen zijn.
Ik weet eigenlijk niet of ik er wel of niet bij had willen zijn, of moeten zijn. Het gaf me een gevoel van machteloosheid, en tegelijkertijd maakte het me boos. Dat is allebei niet hoe ik me graag voel, als je me een beetje kent weet je dat ik dan liever zelf het initiatief neem en het prober om te buigen in iets posiftiefs. Het betekent in ieder geval dat ik extra gemotiveerd ben om te blijven doen wat ik al deed, misschien wel met een schepje erbovenop: gewoon zichtbaar mezelf zijn, samen met Eva.
Vandaag is het de internationale dag tegen homofobie en transfobie. Afgelopen weekend werd nog eens onderstreept dat deze dag niet overbodig is. Mijn bestaan is niet onderhevig aan de mening van een willekeurige TERF (trans-exclusieve radicale feminist). Hun uitspraken doen me niet opeens verdwijnen in een parallel universum.
Ik ben er, en ik blijf. Wen d’r maar aan.