Het waren niet alleen vrouwen waar ik vroeger jaloers op was. Begin jaren 80 was ik flink in de puberteit. Aan de oppervlakte was daar niet zo heel veel van te merken behalve een hoofd vol acne, maar van binnen des te meer. Het was een periode dat vooral de mannen op de poppodia veel feminiener werden. Niet met glitterpakjes en laarzen op plateauzolen met hoge blokhakken en roze brillen, maar meestal veel subtieler. Het karikaturale van de jaren 70 was er wel van af.
De heren van Doe maar hielden het bij een precies zichtbaar streepje eyeliner. Ik kon geen Doe Maar meisje zijn dus deed of ik Doe Maar niet leuk vond, maar dat lag dus iets ingewikkelder. Henk & Henk waren wat meer doorsnee dus ik hield het dan maar bij Het Goede Doel. Kon ik ook mooi doen alsof ik voor de teksten koos en de eigenlijk ondraaglijk lange intro’s.
De Engelsen gingen veel verder. Niet alleen David Bowie die al vroeg aan de weg timmerde en Boy George natuurlijk maar zo’n beetje álle frontmannen hadden die eyeliner. George Michael was een van de eersten die gewoon zoals het hoort twee oorbellen in had in plaats van eentje. Phil Oakey van The Human League die zijn linkerhelft als man presenteerde maar met zijn rechterhelft toch echt vrouw was. Later kwam Pete Burns van Dead or Alive nog voorbij maar in de clip van hun enige echte hit in Nederland viel hij niet echt op. Dat was later pas, buiten mijn blikveld. Ik had daarentegen wel weer iets met Marc Almond die na Soft Cell in Nederland van de Radar verdwenen was. Maar verder, stuk voor stuk allemaal mannen waar ik stinkend jaloers op was omdat ze iets deden wat ik heel graag wilde maar niet durfde.
Ik hoopte heel hard dat de trend door zou zetten en dat iedereen het ging doen, maar de jongens in mijn omgeving zagen het geloof ik niet zo zitten om make-up te gaan gebruiken, en na een paar jaar niet durven waren mijn kansen verkeken. Op school was ik inmiddels een soort van geaccepteerd buitenbeentje, niet bepaald populair maar niemand keek echt op als ik iets deed wat een beetje buiten de gebaande paden viel, en daar kon ik me mee handhaven. Meer kon ik niet vragen dacht ik, en ik denk dat ik dat ook niet had aangekund.
In het laatste jaar op school had ik één jongen in de klas die zich nergens wat van aantrok en eyeliner ging gebruiken. Weer was ik jaloers, en weer durfde ik niet. En het was nog niet over: ik was datzelfde jaar een avondje en nachtje op bezoek op het beruchte NJBG kamp Sliedrecht, herfstvakantie 1988. Een van de jongens daar heeft de hele nacht volgehouden een ‘volkomen normaal meisje’ te zijn. Ik lag in mijn slaapzak te gloeien: ík was dat volkomen normale meisje, maar ze durfde niet.
Tijdens dat nachtje zat mijn hoofd trouwens vol van de muziek van Joe Jackson’s Night and Day. Joe Jackson ontdekte ik 10 jaar te laat, maar in de maanden die volgden heb ik die schade ruimschoots ingehaald. Joe Jackson is geen man om jaloers op te zijn, maar wel om respect voor te hebben. Twee jaar voordat hij het voor de homo’s opnam in ‘Real Men’ had hij zich al eens uitgesproken over de manier waarop transgenders werden behandeld. In 1980 wel te verstaan. Bekijk de video en zie hoe boos hij kijkt.
“Don’t laugh, there are people in this world
Born as boys, fighting to be girls
People standing in their way
Some are straight and some are gay
Calling them drag queens
Say you can’t be one of us
You only have yourself to blame
You don’t fit, and if you don’t fit
You’re fit for nothing at all”
Weer een wake up call, ergens in 1989.